Maattabel Instructies
Om zeker te zijn dat je de juiste maat kiest, volg je de instructies onder het maattabel.
Zit je tussen twee maten in? Wij adviseren de grotere maat te kiezen, vooral als je metingen dicht bij de bovengrens van een maat vallen.
Maat |
Lengte voet (cm) |
36 |
23,5 |
37 |
24 |
38 |
24,5 |
39 |
25 |
40 |
25,5 |
41 |
26 |
42 |
26,5 |
43 |
27 |
44 |
27,5 |
45 |
28 |
46 |
28,5 |
47 |
29 |
48 |
29,5 |
Hoe je voetlengte meten:
- Plak een vel papier op een harde, vlakke ondergrond en zorg ervoor dat het papier niet verschuift.
- Sta op het papier met je voeten op schouderbreedte en je gewicht gelijkmatig verdeeld (alleen één voet staat op het papier).
- Markeer nu zelf of laat iemand anders je helpen door het punt van je grote teen en het uiterste punt van je hiel met een pen of potlood recht naar beneden te markeren.
- Stap van het papier af en meet de afstand tussen de twee markeringen met een liniaal of meetlint. Dit is de lengte van je voet.
- Herhaal het proces met je andere voet. Het is normaal dat één voet iets langer is dan de andere.
- Gebruik de langere van de twee metingen om de maat te bepalen volgens onze maattabel. Als je meting tussen twee maten valt, raden we aan om de grotere maat te kiezen.